Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], er zullen [69]heilanden op den berg Sions opkomen, om Ezau's gebergte te [70]richten; en het koninkrijk zal [71]des HEEREN zijn. 69. Die enige, grote en volkomen Heiland, Verlosser en Zaligmaker der ker, Jezus Christus, die daarvan den naam Jezus draagt, afgebeeld door Jozua en de andere helden, de richters die God zijn volk gaf. Zie Matth.1:21; Richt.2:16, en Hebr.4:8. Alzo wordt het veelvoudig getal somtijds genomen voor iets groots en bijzonders. Zie Job 40:10; Spreuk.1:20; Ps.73:22, met de aantekening aldaar, enz. Ondertussen is het waar dat deze Heiland zijne dienstknechten gebruikt om zijn heil den mensen te verkondigen tot hunne behoudenis, waarvan hun dan, als bedienaars des heils en instrumenten van den Heilige Geest, wordt toegeschreven dat zij de mensen behouden. Zie 1 Tim.4:16; Jak.5:20, en verg. Jer.1:10; Ezech.3:18; gelijk deze Heiland zijn volk ook dikwijls lichamelijke helden, heilanden en verlossers geeft, die hen uit nood en verdrukking der tirannen verlossen. Verg. Micha 5:4. 70. De vijanden der kerk naar hunne verdiensten te straffen, en Gods volk uit hunne hand te verlossen, gelijk de richters van het Oude Testamentlichamelijk deden. Zie Gen.15:14; Richt.2:16, en versta wijders het geestelijk bestraffen en overtuigen der wereld, enz.; zie Joh.16:8, enz. 71. Of, den HEERE toebehoren, de HEERE zal het koninkrijk hebben; dat is, Hij zal Koning en Regeerder zijn, te weten, de Heere Christus, die van zijnen Vader tot een eeuwigen Koning zijner kerk en der ganse wereld gesteld is; Ps.2:6,8; Luk.1:33, enz.